Hoe help ik mee aan biodiversiteit? 5 tips

De natuur heeft het aardig zwaar. Dat is inmiddels al lang geen nieuws meer. Maar wat kun jij nou doen om een groen handje te helpen? De biodiversiteit in jouw omgeving stimuleren bijvoorbeeld! De bio-watte? Dat legt onze Jasper je uit in zijn állerlaatste blog voor Grunneger Power!

Om te beginnen: wat bedoelen we nou eigenlijk met biodiversiteit? Kort gezegd is dit de variatie in planten en diersoorten en de samenwerking tussen die twee. Wat jij daarmee kunt, lees je hieronder. Tipje van de sluier: ook als je geen tuin hebt en wel een dakterras of balkon kun je van alles.

Twee mannen zitten gehurkt naast een insectenhotel, op een grasveld

Vijf tips op een rijtje

1. Maak gebruik van inheemse bloemen en planten
Denk bijvoorbeeld aan boerenwormkruid, duizenblad of watermunt. Planten die van oudsher al in Nederland groeien, werken het beste voor onze insecten. Die bloeien namelijk precies wanneer de insecten hun nectar of blad als voeding nodig hebben. Het allerbeste zijn zo lokaal mogelijke inheemse soorten. Echt bij jou uit de buurt dus. En wist je trouwens dat er talloze gezondheidsvoordelen zitten aan met je handen in de aarde wroeten? Lees er hier meer over.

2. Nestkastjes en insectenhotels
De natuur help je een handje door een geschikte plek voor de dieren te maken. Sommige diersoorten hebben het moeilijk met nest- of schuilplekken vinden. De insecten hebben een plek nodig voor hun eitjes en ook vogels en vleermuizen hebben nestjes nodig. Die bieden wij ze door nestkasten en insectenhotels van goede kwaliteit op te hangen, of bijvoorbeeld takkenrillen, dood hout of een bult met takken en bladeren in de tuin te leggen. Let bij nestkasten en insectenhotels wel op waar je ze ophangt en of ze echt de juiste kwaliteit bieden aan de dieren waarvoor je het bedoelt.

3. Dek je tafel voor de vogels
Omdat vogels steeds lastiger veilige plekken vinden en de biodiversiteit hard achteruit gaat, hebben veel vogels het lastig om voldoende voedsel te vinden. Help ze en dek ook in de lente en zomer de tafel! In de lente lusten de vogels in je tuin graag eiwitten en kalk uit bijvoorbeeld insecten, rupsen, fijngestampte eierschalen en wormen. In de zomer kijken ze het meeste uit naar een schaal met water.

4. Tuinier de hoogte in
Als je last hebt van ruimtegebrek op je balkon, dakterras of in je tuin? Denk aan groene muren of daken met inheemse plantjes en kruiden. Niet alleen draag je zo bij aan biodiversiteit in je buurt, je huis en balkon blijven er ook koeler door in de warme zomermaanden. En zeg nou zelf, heerlijk toch om tussen het groen van een cocktail of koud frisje te genieten?

5. Gebruik geen verdelger
Veel mensen onderschatten de slechte bijwerkingen van onkruidverdelgers. Zelfs een natuurproduct als azijn kan funest zijn voor de planten en diertjes. Daarom is de allerbestetip om ‘onkruid’ anders te waarderen en het lekker te laten staan. Neemt één soort de boel over en wil je dat niet, of heb je allemaal uitheemse ‘onkruiden’ in je tuin woekeren? Pak het met de hand aan. Als het écht niet anders kan gebruik je een biologische bestrijder.

Op naar de groene helft van het jaar! Heb je er al net zo’n zin in als wij? Schaf als je bezig gaat altijd inheemse, biologische zaden of planten aan zonder gif bij een lokaal tuincentrum of andere plantenwinkel. De natuur is je dankbaar!